Om te kunnen optellen en aftrekken, splits je getallen in 'mooie' getallen om verder te kunnen rekenen. Eerst staan de getallen nog naast elkaar. Daarna leer je kolomsgewijs rekenen, waarbij de getallen onder elkaar worden geplaatst. Het is belangrijk dat je de tafels van optellen en aftrekken goed beheerst.

Bij het splitsen van getallen verdeel je ze in duizendtallen, honderdtallen, tientallen en eenheden. Je kunt hierbij werken van 'groot naar klein' of van 'klein naar groot'.

Soms is het handig om een 'rekentrucje' toe te passen, door een som net iets anders op te schrijven. Deze kennis is ook heel waardevol bij hoofdrekenen.

Zie ook: tafels van optellen - tafels van aftrekken

Oefenen: optellen - aftrekken