Je weet nu:



1. Dat de snelheid aangeeft hoe snel iets zicht beweegt.

2. Dat de snelheid de afgelegde weg gedeeld door de tijd is.

3. Dat de afstand en de tijd worden uitgedrukt in een lengte- en een tijdseenheid.

4. Dat de snelheid wordt uitgedrukt in deze twee eenheden.

5. Hoe je eenvoudige snelheidsberekeningen maakt.