Een kommagetal is geen heel getal, maar een gebroken getal. Of anders gezegd: een kommagetal is een getal met één of meer cijfers achter de komma. De cijfers na de komma worden decimalen genoemd. Daarom wordt een kommagetal ook wel een decimaal getal genoemd.

Je kunt rekenen met kommagetallen, waarbij soms de komma verschuift. Er bestaan eindige en oneindige kommagetallen. Vaak worden de laatste nul(len) na de komma weggelaten.

Voorbeelden van kommagetallen zijn: 3,2; 1,84 en 6,67.

Oefenen: kommagetallen (1) - kommagetallen (2)