Het is vaak handig om een getal kleiner te schrijven door af te ronden. Daarvoor gelden speciale regels. Door af te ronden is het resultaat niet exact maar ongeveer.
Bij het afronden kijk je naar het getal dat er het dichts bij ligt. Je rondt af naar beneden of naar boven. Het middelste cijfer rond je af naar boven.
Bijvoorbeeld 7,4 wordt een 7 en 7,5 wordt een 8.
Je leert ook hoe je op tientallen, honderdtallen en duizendtallen afrondt.
Zo is 479 ≈ 500 als je afrondt op honderdtallen.
Soms moet je in de praktijk juist naar beneden afronden in plaats van naar boven.
Oefenen: afronden
Afronden
Afronden is het kleiner schrijven van een getal.
Je kijkt naar het eerste cijfer dat je niet meer laat staan:
- Is dit cijfer een 1, 2, 3 of 4 dan verandert er niets. Je rondt naar beneden af.
- Is dit cijfer een 5, 6, 7, 8 of 9 dan verhoog je het laatste cijfer dat je laat staan met 1. Je rondt naar boven af.
Voorbeelden:
- 7,4 ligt dichter bij de 7 dan bij de 8. Dus 7,4 wordt een 7.
- 7,9 ligt dichter bij de 8 dan bij de 7. Dus 7,9 wordt een 8.
- 7,5 wordt een 8.
Je kijkt naar het cijfer dat je niet meer laat staan.
Ezelsbruggetje
Is het cijfer dat je niet meer laat staan "minder dan 5", dan rond je af naar beneden. Is het cijfer "5 of meer", dan rond je af naar boven.
Het ongeveer teken
Omdat bij het afronden het resultaat niet exact is, gebruik je het ≈ teken. Dit betekent 'is ongeveer gelijk aan'.
Afronden op een heel getal
Kijk naar het eerste cijfer na de komma.
- 6,81 ≈ 7 (8 is "meer dan 5", dus naar boven afronden)
- 6,43 ≈ 6 (4 is "minder dan 5", dus naar beneden afronden)
Een getal schrijf je korter door af te ronden.
Afronden op één of meer decimalen
Kijk naar het eerste cijfer dat je niet meer laat staan.
Afronden op 1 decimaal:
- 5,217 ≈ 5,2 (1 is "minder dan 5")
- 6,072 ≈ 6,1 (7 is "5 of meer")
Afronden op 2 of meer decimalen:
- 6,726 ≈ 6,73 (2 decimalen)
- 5,546471 ≈ 5,546 (3 decimalen)
Laat de laatste nul(len) achter de komma weg
- 1,0 = 1
- 0,50 = 0,5
- 7,12500 = 7,125
Tenzij anders aangegeven of gewenst is, laat je de laatste nul of nullen na de komma weg.
Let op! Zo blijft 8,70 onveranderd als je op 2 decimalen nauwkeurig moet afronden.
De nullen na de komma worden meestal weggelaten.
Afronden op tientallen
Kijk naar het laatste cijfer.
- 84 ≈ 80 (4 is "minder dan 5")
- 85 ≈ 90 (5 is "5 of meer")
- 647 ≈ 650
- 832 ≈ 830
Afronden op honderdtallen
Kijk naar de laatste twee cijfers.
- 647 ≈ 600 (47 is "minder dan 50")
- 679 ≈ 700 (79 is "50 of meer")
Afronden op duizendtallen
Kijk naar de laatste drie cijfers.
- 7596 ≈ 8000 (596 is "500 of meer")
- 4397 ≈ 4000 (397 is "minder dan 500")
Bij het afronden, kijk je bij de tientallen naar het laatste cijfer. Bij de honderdtallen naar de laatste twee cijfers. En bij de duizendtallen naar de laatste drie cijfers.
Afronden van geldbedragen
Afronden op 0 of 5 eurocent.
Door winkeliers wordt het eindbedrag bij een contante betaling vaak op 0 of 5 eurocent afgerond.
Zo wordt € 2,52 naar beneden afgerond op € 2,50. En wordt € 2,53 naar boven afgerond op € 2,55.
Het afronden van geldbedragen gaat net iets anders.
Schrijfwijze geldbedragen
Geef geldbedragen op twee decimalen.
Het is gebruikelijk om geldbedragen op te geven in twee cijfers achter de komma:
€ 41,60 blijft dus € 41,60. Ongebruikelijk of niet gewenst is € 41,6.
Let op! MijnRekensite rekent € 5,- fout. Vul in dat geval € 5,00 in.
Bijzondere gevallen
Naar boven afronden
Soms kan het zijn dat je naar niet beneden, maar juist naar boven moet afronden.
Stel je een schoolreisje voor met 80 leerlingen en 4 docenten. En er is gegeven dat er niet meer dan 60 personen in een bus mogen. Dan heb je 84 : 60 = 1,4 bussen, dus 2 bussen nodig.
Naar beneden afronden
Stel dat er (theoretisch) is berekend dat er 17,7 stoelen in een wachtkamer passen. Dan zijn er zitplaatsen voor 17 personen. Hier moet je dus naar beneden afronden.
In bijzondere gevallen rond je logisch naar beneden of naar boven af.
Negatieve getallen (verdieping)
Het afronden van negatieve getallen gaat (taalkundig) net iets anders.
−16,5 rondt je nu af naar beneden, en −16,1 naar boven.
- −16,5 wordt −17
- −16,1 wordt −16
Dit is goed voor te stellen, door de getallen op een getallenlijn te plaatsen.
Tips
Notatie
Door niet het hele getal over te nemen, bespaar je extra (schrijf)werk.
Stel dat in het display van je rekenmachine het getal 8.6753333333 staat. En er wordt gevraagd om dit getal af te ronden op 2 decimalen nauwkeurig.
Dan noteer je dat als volgt: 8,675... ≈ 8,68.
Niet te snel afronden
Rond niet te snel af omdat dat gemakkelijk tot fouten kan leiden.
- Voorbeeld: Rond 6,3 x 6,5 af op een heel getal.
- Te vroeg afronden geeft: 6 x 7 = 42.
- En nu zoals het wel moet: 6,3 x 6,5 = 40,95 ≈ 41.
Te vroeg afronden leidt gemakkelijk tot fouten.
© 2012 - 2024 MijnRekensite.nl