H4. Kleinste gemene veelvoud
In dit hoofdstuk leer je het kleinste gemene veelvoud berekenen. Het kgv heb je nodig bij het optellen en aftrekken van breuken als de noemers verschillend zijn.
Bij het bepalen van het kleinste gemene veelvoud van bijvoorbeeld twee getallen zoek je naar het kleinste veelvoud dat nog net deelbaar is door die twee getallen.
Zo is van de getallen 3 en 5 het getal 15 het kleinste veelvoud. Dus is het kgv 15.
Theorie: kleinste gemene veelvoud
Je start met de opgaven van oefening 1.1. Volg de info.